Elke acteur legt een stukje van zichzelf in zijn personage. Ontdek de drie personages van Connie & Zorba en leer ook de drie spelers kennen.

Anna De Wispelaere

Gespeeld door Leen Roels

Anna is enig kind, maar eigenlijk was ze bedoeld om een tweeling te zijn. Sinds haar geboorte voelt Anna zich maar een helft. Gelukkig heeft Anna een oneindige fantasie, waarin alles mogelijk is.

Anna ontvangt Marthe met open armen wanneer die bij haar komt wonen. Niets is te veel. Alleen het beste is goed. Marthe moet maar één ding beloven: nooit meer weggaan.

Marthe over Anna: “1 en 1 is 2. Maar niet voor Anna. Voor Anna zijn we één. Maar dat klopt niet. Toch?”

Bjarne Smits

Gespeeld door Matthias Van de brul

Bjarne is de buurjongen. Zijn ouders hebben een viswinkel, ‘De sportvisser’, waar ze echte levende vissen verkopen, maar ook hengels en maden.

De vader van Bjarne is gestorven en sindsdien is zijn mama niet meer gestopt met wenen. Telkens ze Bjarne ziet, moet ze aan haar overleden man denken. Hun huis stroomt over van het verdriet, maar dat ziet Bjarne niet (meer).

Anna over Bjarne: “Het kenmerk onder de kenmerken is toch wel zijn bijzondere slechtziendheid: Bjarne is blind.”

Marthe Van der Snickt

Gespeeld door Brenda Corijn

Marthe is de dochter van twee superslimme wetenschappers. Marthe is zelf ook superslim. Ze houdt van nadenken, maar soms voelt haar hoofd te vol en te zwaar.

De ouders van Marthe reisden de wereld rond voor hun werk en Marthe verhuisde heel haar kindertijd met hen mee. Ieder jaar kreeg ze een nieuwe slaapkamer en leerde ze een nieuwe taal. Tot haar ouders op een dag een vergissing maakten in hun laboratorium. De boel ontplofte en Marthe verhuisde een laatste keer: deze keer om bij Anna te gaan wonen.

Anna over Marthe: “Marthe, uw hoofd is de Taj Mahal. Uw mama en papa zijn eigenlijk ook een beetje begraven in uw hoofd.”

Taj Mahal, Indië

Leen Roels

Speelt Anna De Wispelaere

“Ik had vroeger massa’s vrienden in mijn hoofd. Ik sprak met hen af op mijn kamer. Ik zie ze nog allemaal zitten op mijn bed. Op je kamer kan je ongegeneerd luidop praten tegen de lucht. Je weet wel dat het ingebeelde vrienden zijn, maar je gelooft het toch.”

“Die vrienden bestaan nu trouwens nog. Wanneer ik iets moet doen wat ik niet leuk vind – rekeningen betalen bijvoorbeeld – dan doe ik alsof een van hen erbij komt zitten en niet snapt waar ik mee bezig ben. Dan zeg ik: ‘Wacht. Ik zal het eens uitleggen.’ En dan wordt het toch nog leuk.”

“Ik heb iets met vissen. Ik weet niet waarom. Ik schrijf vaak over vissen. Het intrigeert me dat ze in zo’n andere wereld leven. Naar aanleiding van Connie & Zorba heb ik twee goudvissen gekocht. Mijn kinderen waren meteen dolenthousiast. Ik was daar toch een beetje verbaasd over: vissen hebben voor de meeste mensen nu eenmaal geen aaibaarheidsfactor. Jammer genoeg is Zorba intussen gestorven. Maar Connie leeft nog.”

Als het allemaal niet meer gaat, stap je in je fantasie en ben jij de baas. De fantasiewerelden van mijn personage Anna zijn tweelinghelft Bonnie en de vissen Connie & Zorba. Ik heb iets met ‘omringd’ zijn door vloeistof. Zoals het meisje uit Tim Burtons film Miss Peregrine’s Home for Peculiar Children dat loden schoenen draagt om onder water te kunnen bewegen. In mijn hoofd voelt de voorstelling als een aquarium: veel te zien en te beleven, maar je kan ook rust vinden in het borrelende water van de pomp, de waterbellen en de wiegende waterplanten.”

Matthias Van de brul

Speelt Bjarne Smits

“Leen, de schrijfster, had een beeld voor mijn personage in haar hoofd. Al spelend gaven we Bjarne verder vorm… Hij heeft dan ook gelijkenissen met mijn leven.”

“Bjarne is ‘eerder toevallig’ bevriend met Anna en Marthe: ze zijn buren. Eigenlijk heb ik zelf niet echt lange termijnvrienden. Ik heb vrienden voor zes weken als we een voorstelling aan het maken zijn. Bij een nieuwe voorstelling horen dan weer nieuwe vrienden. De meest kloppende invulling van vriendschap is voor mij een lief.”
“Net zoals in de voorstelling vind ik het fijn om met meisjes op te trekken. Op school was ik de enige jongen in een klas van 27. Daar leerde ik de kneepjes.”

“Mijn vader in de voorstelling is geïnspireerd op mijn opa. Hij was een toegewijde sportvisser en nam me vaak mee op zijn avonturen. Mijn opa, mijn held. Zelfs toen na zijn dood bleek dat hij eigenlijk niet zo’n aangename mens was.”

Brenda Corijn

Speelt Marthe Van der Snickt

“Ik had één beste vriendin: Charlotte. Ik had het gevoel dat ik altijd alles samen met haar moest doen. Eén klein foutje kon de vriendschap in elkaar doen storten. Soms was ik jaloers als ze iets met iemand anders deelde. Het was alles of niets.”

“Net zoals bij Marthe die na de dood van haar ouders plots in het gezin van Anna terechtkomt, was mijn eerste schooldag in België een heftig moment.”

“In de voorstelling zingen we met z’n drieën een fado. Die input komt van mij. Als Portugese kom je sowieso in aanraking met fado, het (fatalistische) levenslied dat stem geeft aan de diepe emoties van het leven. Ik luister graag naar de interpretaties van klassieke fado-nummers door Lina Cardoso Rodrigues in symbiose met Raül Refree.”